k&f
‘Fees feser feest.’
‘Fries…?’
‘Nivelleren is een feest. Voor anderen is het een hel heller helst. Goed dat we daar niet allemaal hetzelfde over denken. Maar door al dat gedraai aan die knoppen ligt mijn keukentafel nu wel mooi op zijn kop. Zullen we de briefjes met koopkrachtplaatjes maar gebruiken als boodschappenlijstjes?’
‘Hebben we nog geld om boodschappen te doen, dan?’
‘Ja, dat zei ik toch: feest!’
‘Wat valt er te vieren? De Paus heeft gezegd dat er nooit een os en een ezel bij het kindje Jezus zijn geweest. Dat schijnt een mythe te zijn. Ja, bij de Partij voor de Dieren, daar hebben ze nu feest. Volgens hen zal het nu afgelopen zijn met dat gezeul van levende have naar de kerststallen. De os en de ezel krijgen de zak. De Paashaas kan ook wel bijstand gaan aanvragen. En Sinterklaas, mag hij zijn schimmel nog wel bestijgen? Of moet hij voortaan op een scootmobiel de daken over?
Als je het mij vraagt valt er weinig meer te vieren voor mens en dier. Straks vinden die lui nog dat ik onterecht opgesloten zit in mijn huisje. Is dat ook weer niet goed. Vinden ze het een soort gevangenis en willen ze me bevrijden. Denken ze dat ik ieder uur om hulp roep. Of erger nog, krijg ik er iemand bij omdat ook de gevangenissen moeten bezuinigen, met zijn tweeën in een hok. Ik zie mezelf al rondvliegen met een polsbandje om mijn poot.’
‘Toch heeft die Benedictus wel humor. Hij zegt ook dat de drie wijzen uit het Oosten nooit op kraamvisite zijn geweest. En het feit dat engelen al zingend de geboorte van het kind verkondigden aan de herders is volgens hem ontsproten aan de fantasie van Christenen, maar nooit bevestigd door de herders. Ze zongen niet, ze zeiden het gewoon. Door dit misverstand zijn wij wel met zijn allen kerstliedjes gaan zingen net als de engelen -dachten wij met onze simpele geest- en dat mogen we van de Paus tot in de eeuwigheid blijven doen. Als we maar wel weten dat over de onbevlekte ontvangenis van de Maagd Maria geen twijfel bestaat. “Daarvoor heeft de Heilige Geest gezorgd.” Maar als je het mij vraagt, Koekoek, is dat gewoon een kwestie van tijd. Een volgende Paus zal de evangeliën weer anders interpreteren, voortschrijdend inzicht. Ik zeg het je.’
‘Nou ja, kunnen we nog van geluk spreken dat een Paus daar nu pas achter komt. Wat denk je, wat hadden al die kunstenaars door de eeuwen heen moeten schilderen. Dat zou een schrale boel geweest; al die fresco’s, altaarstukken en drieluiken zonder os, ezel, koning en kameel. Een onbevlekte ontvangenis lijkt me een moeilijk te schilderen onderwerp. Die timmerman trouwens, mag hij wel gewoon blijven?’
‘Koekoek, ik heb een boodschappenlijstje gemaakt voor een gezellig huisfeest. Winterwortels, haver- gerst- en tarwestro, suikerbieten, hooi en gras. Dan nog wat knollen, zaden en twijgen. Voor elk wat wils.’
‘En wat breng je voor mij mee? Ik wil niet kiezen uit een chocolade letter, een kerstkransje of een paaseitje. Ik wil het allemaal. Als jij zegt dat het feest is, dan vieren we het goed ook. Misschien hebben ze sterren in de aanbieding. Die uit het Oosten, weet je wel. Die raken ze aan de straatstenen niet meer kwijt. En ik kan er mooi mijn huisje mee opleuken.’
‘O, enig Koekoek, ik breng ook nog een flesje Beerenburger mee.’
‘Goed idee buurman, dit wordt de moeder aller feesten.’