‘Italiaanse vergezichten. Dat is waar mevrouw de afgelopen weken zo van heeft genoten. Daarom was het wel even schrikken voor haar toen ze weer thuis kwam. Hier valt namelijk niets meer te zien. Alleen maïs. En die groeit als kool met dit weer. Muren van maïs. Iedere akker is volgeplempt met maïs. De Meierij is veranderd in één groot maïsdoolhof.’
‘Ja, dat klopt Fries, geen biet of aardappel meer te vinden.’
‘In de Italiaanse heuvels zat ze vol bewondering te kijken naar de boer die het gras maait, heuvel op, heuvel af. De volgende dag draait hij het gras in keurige strepen. Op de heuvelige akker ontstaat een mooi patroon. Die vlijtige boer ziet dat zelf niet, maar mevrouw wel. Weer een dag later worden de grasstrepen gerold tot ronde bolletjes. Die liggen kennelijk achteloos over de akker verspreid te wachten totdat ze worden opgehaald. Maar mevrouw ontdekte er letters in die een mooi woord vormen.
Deze pretletters zitten barstens vol lekker voedsel. Gevarieerd en gezond. Daar hoef je niets meer aan toe te voegen. Met maïs kun je je daar toch niets bij voorstellen? Die arme koeien hier krijgen mono-voedsel voorgeschoteld. Versplinterde maïsstengels. Die als graatjes in je keel blijven steken. Lijkt jou dat aantrekkelijk, Koekoek?’
‘Getsie, nee. Maar ik zag vanmiddag iets moois. Tussen die stekelige stengels ontdekte ik een klein weiland. Met daarin Lakenvelders. Een gezinnetje; hij zwart met een wit laken, zij bruin met een wit laken, en een jonkie hetzelfde getint als zijn moeder. Ik moet mevrouw daar naar toesturen, dat zal ze vertederend vinden.’
‘Volgens mij is het een marketing-truc, Koekoek. Ik lees net dat er een boek is uitgebracht over het Lakenvelder ras. Door zo her en der wat van die koeien in een weiland te zetten, vestig je er wel de aandacht op. Misschien kunnen we ook zoiets verzinnen voor mevrouws schrijfsels. Zij schrijft zich een slag in de rondte en begint nog te tekenen ook. Dan houdt ze geen tijd meer over om haar producten aan de man te brengen.’
‘Laat me nadenken Fries. Dat ga ik, met permissie, wel in la bella Italia doen. Mij te nat en te koud hier in dit kikkerland. Als zelfs de kikkers naar binnen willen, dan is er iets aan de hand! Arrivederci.’
‘Ga ik intussen een linzen pruimenvlaai bakken. Met linzen in het patroon van een Italiaanse akker.’
augustus 2014