26. Kop of munt

‘Kop of munt. Ja, die Trix weet wel hoe ze haar kop op die munt moet krijgen. Bij haar aantreden stond haar kop vóór die van Juliana, nu ze stopt staat haar kop vóór die van Willem. Kopt lekker, maar kloppen doet het niet. Bovendien komt er óók nog een munt met enkel en alleen haar kop. Het lijkt trouwens wel een nieuwe mode: stoppen en dat dan groots en onverwachts aankondigen. Trix, Benedictus, Esther, Sacha, wie volgt’?
‘Ik ga ook stoppen, Fries’.
‘Jij? Met wat, met de winterslaap? Word eens wakker, vriendje’.
‘Nee, Fries, ik ga stoppen met die dagelijkse beschouwingen hier, daar kom je er tegenwoordig niet meer mee. Wij moeten een statement maken’.
‘Aha, zat je dáár al die tijd op te broeden. Ik dacht dat je je eigen eieren aan het uitbroeden was, dat verbaasde me al ten zeerste. Vertel’.
‘Niks vertel, jij moet ook meedenken, zo gemakkelijk kom je er niet mee weg’.
‘Nee, zo makkelijk kom je niet weg als je aan de muur gespijkerd zit’.
‘Kijk Fries, we kunnen hetzelfde doen als ons eigen kabinet. Wij gaan op zoek naar partijen die met ons willen meelopen. Er scharrelt hier buiten genoeg volk rond. Dat vreet zijn buikje vol, alsof er in de verste verte geen crisis te bekennen is. Maar als ze geen voer meer krijgen en als die pot met pindakaas niet steeds gevuld blijft, dan zullen ze wel anders gaan piepen’.
‘Dan gaan ze gewoon naar de buren toe, maak je geen illusies. Wat heeft dat trouwens te maken met abdicaties’?
‘Ja, daar had jíj het over, ik niet. Wat interesseert mij het welk poppetje vertrekt. Daar komt altijd weer een ander voor in de plaats. Ik begrijp niet dat ze daar zo’n poespas van maken. Het is toch om te huilen. Dat journaal over die paus, zeg. Dat kunnen we toch geen serieuze journalistiek noemen? Meneer en mevrouw konden er ook niet meer tegen. Die zapten even weg naar een rustgevend treinreisje door Zwitserland. Gelijk hebben ze.
Nee, we roepen wat en dan kijken we wie we meekrijgen en wat ze daarvoor terug willen. Voor wat hoort wat. Dat is de nieuwe politiek. Dat is democratie’.
‘Nou, dan weet ik wel wat, Koekoek. Gaan we toch even mee in de gedachte van de nieuwe paus. Per slot van rekening zijn we hier in een Franciscaans oord. Vogels, vissen, kikkers, lieveheersbeestjes, iedereen wordt gekoesterd. Toch wordt niet iedereen getolereerd, heb ik gemerkt. Dus ik roep: reigers hebben ook recht op riante maaltijden’!
‘En ik roep: katten moeten ook kansen krijgen! En nu kunnen we rustig afwachten wat er gebeurt, Fries. Ik trek me terug in mijn huisje. Als het lente wordt, mag je me wakker maken’.
‘Beidt uw tijd, Koekoek, als de sneeuw verandert in witte rook, klop ik bij je aan’.

Maart 2013

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *