8.Trouwens

“Trouwens, woon jij in een hele rij huizen?’ vroeg een collega van mevrouw toen hij haar adres zag.
‘Nee, gelukkig niet! Nummer 17 is het park en ons huis heeft 29 als huisnummer. Vandaar.’
‘Dus je hebt een huis en een park!?’
‘Nee, gelukkig niet! Het park is niet van ons. Het huis wel en onze achtertuin is een bos van de gemeente. Wel zo makkelijk.’
‘Nou snap ik het.”

‘Begrijp je Koekoek, dat het een beetje verwarrend is voor sommige mensen? Het duurde even voordat deze collega van mevrouw snapte hoe het nou precies zit, hier.

Huisje, boompje, beestje is geen traditie van mevrouw. Kippenhok, woongroepen, kraakpanden, klooster. Zelfs heeft zij haar hoofd ooit ter ruste gelegd in kapel de Goede Herder in de Sint Jan.
Zij verloochent haar kraakverleden niet en kan zich dan ook opwinden als jonge mensen van tegenwoordig het kraken veroordelen. Zij zou een interessante stadswandeling kunnen houden langs alle monumentale panden in ‘s-Hertogenbosch die aan de sloophamer zijn ontsnapt, omdat zij indertijd gekraakt zijn. En waar mevrouw een klein steentje aan heeft bijgedragen. En anti-kraak, het fenomeen van de jeugd van tegenwoordig, daar doet ze toch wel een beetje minnetjes over.’
‘En meneer, hoe zit het met hem?’
‘O ja, hij heeft ook een verleden met woongroepen en met centraal wonen. Misschien waren zij daarom wel een beetje voorbestemd voor elkaar. Maar nu, een echt huisje, volop bomen er om heen en een gigantische hoeveelheid beestjes. Beetje burgerlijk, toch?
‘In het bos van de gemeente, wel zo makkelijk.’

 Januari 2011

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *